10.2. Sociale bijstand
Laatst bijgewerkt : 01/10/2024
Om sociale bijstand in strikte zin te krijgen moet je voldoen aan twee voorwaarden: (zie 3.2. Wat zijn de voorwaarden voor sociale bijstand s.z.?; en 4. Wat zijn enkele voorbeelden van soorten bijstand die de OCMW’s verlenen?)
- Je moet in België wonen. De feitelijke verblijfplaats is van belang. Je hoeft niet noodzakelijkerwijs een domicilie te hebben in België, maar je moet er wel “gewoonlijk en effectief” wonen. Er zijn echter uitzonderingen, zoals een verblijf in het buitenland voor Erasmusstudenten;
- Je moet in een staat van behoefte verkeren, d.w.z. dat je onvoldoende middelen hebt voor huisvesting, voedsel, kleding, gezondheidszorg of onderwijs (maar deze voorwaarde wordt ruimer beoordeeld dan de vermogenstoets voor het LL);
Bovendien moet je een wettelijk verblijfsrecht in België hebben (wat betekent dat je je bij de gemeente moet laten inschrijven in het bevolkingsregister om een verblijfsvergunning te krijgen). Anders is de sociale bijstand in principe beperkt tot dringende medische hulp.
Hier is er geen leeftijdsvoorwaarde.
=> Voor buitenlandse studenten uit Europa of buiten de EU, zie de punten hieronder.
Dus, als je als student voldoet aan de twee voorwaarden hierboven, kun je recht hebben op sociale bijstand in strikte zin. Dat kan verschillende vormen aannemen: financiële, materiële, medische, psychologische bijstand, enz.
Je kunt zelfs sociale bijstand krijgen als je al een leefloon ontvangt.
Bijvoorbeeld: je ontvangt een LL, maar je hebt extra financiële hulp nodig om syllabi of een computer te kopen, of voor je energie- en zorgkosten.
- Bij welk OCMW moeten studenten hun aanvraag indienen?
Je moet je aanvraag indienen bij het OCMW dat territoriaal bevoegd is. Zie rubriek “Een aanvraag indienen”, 2.1.1. Wat is territoriale bevoegdheid?
Let op! Uitzondering op de basisregel: als je student bent, is het territoriaal bevoegde OCMW dat van de gemeente waar je gedomicilieerd en ingeschreven bent in het bevolkingsregister op het ogenblik van je eerste aanvraag. Dat is het OCMW van de gemeente waar je hoofdverblijfplaats is en waar je op basis daarvan ingeschreven bent in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister.
Dit OCMW blijft bevoegd tijdens de volledige, ononderbroken duur van je studie, zelfs als je gedurende die periode naar een andere gemeente verhuist. Dus, zelfs in geval van verhuizing blijft het eerste OCMW bevoegd.
Bijvoorbeeld: je bent gedomicilieerd in Namen, maar je zit op kot in Brussel. Je moet je aanvraag voor sociale bijstand indienen bij het OCMW van Namen. Maar als je wacht met de indiening van je eerste aanvraag bij een OCMW tot je gedomicilieerd bent op je kotadres en je er effectief ingeschreven bent in het bevolkingsregister, zal het OCMW van deze nieuwe gemeente/stad (in ons voorbeeld het OCMW van Brussel) bevoegd zijn voor de volledige, ononderbroken looptijd van je studie.
=> Wat gebeurt er als je je opleiding onderbreekt?
Als je bijstand hebt gekregen van het OCMW en dan beslist om je studie te onderbreken (= je schrijft je uit en verliest je studentenstatuut), bijvoorbeeld om werk te zoeken of te gaan werken, naar het buitenland te gaan, enz., en je later je studie hervat, zijn er twee situaties mogelijk:
- als je niet verhuisd bent tussen de eerste en de tweede aanvraag voor OCMW-bijstand, blijft het eerste OCMW bevoegd;
- als je verhuisd bent en in het bevolkingsregister van de nieuwe gemeente ingeschreven bent, is het eerste OCMW niet langer bevoegd. Je moet je richten tot het OCMW van je nieuwe woonplaats.
Als je je studie niet onderbreekt (= je bent niet uitgeschreven en hebt nog steeds het studentenstatuut), blijft het eerste OCMW bevoegd.
Deze uitzonderingsregeling voor territoriale bevoegdheid is alleen van toepassing als je aan de volgende drie voorwaarden voldoet:
- je bent meerderjarig op het moment van de aanvraag: je bent minstens achttien jaar of een ontvoogde meerderjarige;
- je studeert aan een erkende instelling van de Federatie Wallonië-Brussel, de Vlaamse Gemeenschap of de Duitstalige Gemeenschap;
- je volgt een studie met volledig leerplan, d.w.z. in het secundair onderwijs met volledig leerplan, aan een hogeschool of universiteit, of studies die vergelijkbaar zijn met die in het voltijds dagonderwijs (zoals duaal secundair onderwijs (bijv. CEFA), een dagopleiding in het onderwijs voor sociale promotie die leidt tot een diploma dat vergelijkbaar is met het voltijds dagonderwijs).
Let op: avondcursussen worden niet beschouwd als studies met volledig leerplan.
Als je je aanvraag indient bij het verkeerde OCMW of als er een territoriaal bevoegdheidsconflict is tussen OCMW’s, is er een specifieke procedure voor doorverwijzing naar het OCMW dat uiteindelijk bevoegd is voor je aanvragen vanaf de eerste dag van je contactopname met het eerste OCMW.
Zie rubriek “Een aanvraag indienen”, punt 2. Hoe dien ik een aanvraag in bij het OCMW?
Als je meer informatie wilt over dit onderwerp: “Besoin d’une aide du CPAS? Guide de l’aide sociale pour les étudiantes et les étudiants”, Street Law Clinic en droit social, 2e ed., juni 2023.