8.1.2. Twee procedures voor terugvordering bij onderhoudsplichtigen
Laatst bijgewerkt : 01/10/2024
Er bestaan twee procedures (LL en sociale bijstand s.z.), afhankelijk van twee verschillende tijdstippen:
- tussenkomst van of verwijzing naar de onderhoudsplichtigen op het moment van toekenning van de bijstand;
- terugvordering bij de onderhoudsplichtigen na de toekenning van bijstand, in jouw naam of in naam van het OCMW voor jouw rekening.
In principe geldt dat, als je een leefloon aanvraagt of hebt gekregen terwijl je onderhoudsplichtigen je financieel kunnen helpen, het OCMW ofwel aan jou moet vragen om eerst hulp te zoeken bij hen (en dat eventueel aan te vullen) ofwel aan de onderhoudsplichtigen moet vragen om de aan jou toegekende bedragen terug te betalen.
Maar alvorens een beslissing tot verwijzing of terugvordering te nemen, moet het OCMW eerst een sociaal onderzoek verrichten naar de financiële en gezinssituatie van je onderhoudsplichtigen en nagaan of:
- het mogelijk is het bedrag van de financiële steun terug te vorderen;
- de terugvordering om billijkheidsredenen onmogelijk is, d.w.z. als de terugvordering je familiebanden schaadt, of als het je recht op autonomie aantast, enz.;
- de terugvordering mogelijk is en welk bedrag zou kunnen worden teruggevorderd.
Inzake het leefloon geeft de wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie nadere informatie: de afspraken in verband met onderhoudsgeld zijn niet tegenstelbaar aan het OCMW (wat betekent dat het OCMW niet verplicht is er rekening mee te houden).
Bijvoorbeeld: een echtscheidingsovereenkomst met wederzijdse instemming voorziet niet in onderhoudsgeld tussen de ex-echtgenoten. Het OCMW hoeft geen rekening te houden met deze overeenkomst en kan nog steeds eisen dat een verzoek om onderhoudsgeld wordt ingediend ten aanzien van de ex-echtgeno(o)t(e) (in der minne of via de rechtbank). Als er echter een rechterlijke beslissing is, zal deze uiteraard tegenstelbaar zijn aan het OCMW.
Als na het sociaal onderzoek blijkt dat het onmogelijk is om de financiële steun terug te vorderen van je onderhoudsplichtigen of dat het een negatieve impact zou kunnen hebben op je familiebanden, dan moeten de onderhoudsplichtigen het OCMW niet terugbetalen.
Het OCMW kan ook beslissen om af te zien van terugvordering om andere redenen en/of naar eigen inzicht.
Als je sociale bijstand s.z. aanvraagt of hebt gekregen, moet het OCMW in principe ook nagaan of je in aanmerking komt voor familiale solidariteit (en je indien nodig doorverwijzen naar je familie), en kan het de kosten voor sociale bijstand s.z. proberen terug te vorderen bij je onderhoudsplichtigen.
Net zoals bij het LL moet het OCMW eerst een sociaal onderzoek verrichten naar je onderhoudsplichtigen en wat hun financiële en gezinssituatie is voordat het besluit tot doorverwijzing of terugvordering.
De terugvorderbare kosten voor sociale bijstand s.z. zijn de volgende:
- financiële bijstand;
- hulp in natura (bijvoorbeeld warme maaltijden);
- verblijfskosten;
- hospitalisatiekosten;
- kosten berekend volgens vooraf vastgestelde algemene tarieven (bijv. de kosten van thuishulpdiensten).
Het OCMW kan ook beslissen om af te zien van terugvordering.
Zie 8.4. Regels voor de terugvorderingsprocedure bij derden
8.1.2.1. Tussenkomst van of verwijzing naar je onderhoudsplichtigen op het moment van de toekenning
8.1.2.2. Terugvordering bij je onderhoudsplichtigen na de toekenning