2.2.4.11. Wat gebeurt er als ik spaargeld heb?

Het OCMW zal niet op dezelfde manier rekening houden met je spaargeld wanneer je een leefloon (LL) dan wel een andere vorm van sociale bijstand s.z. vraagt.

• Wat het leefloon betreft, kun je spaargeld hebben en tegelijkertijd een leefloon ontvangen. Afhankelijk van de omvang van je spaargeld zul je een volledig of gedeeltelijk leefloon krijgen. Spaargeld wordt over het algemeen gezien als het totaal van wat op je zicht- en spaarrekeningen staat, je effecten, aandelen, obligaties, belastingteruggaven, enz.

De voorwaarden waaronder je spaargeld al dan niet in aanmerking wordt genomen, zijn bepaald bij koninklijk besluit. De berekening wordt op identieke wijze toegepast op de drie categorieën van gerechtigden:

• als je totale spaargeld niet meer is dan € 6200, wordt het buiten beschouwing gelaten;
• als je spaargeld tussen € 6200 en € 12.500 ligt, wordt 6% van het bedrag in deze schijf in aanmerking genomen;
• bij spaargeld boven de € 12.500 wordt 10% van het bedrag boven deze limiet in aanmerking genomen.

Bijvoorbeeld, als een steuntrekker € 25.500 spaargeld heeft, zal in eerste instantie 6% van de schijf tussen € 6200 en € 12.500 in aanmerking worden genomen, d.w.z. 6% van € 6300 = € 378. In tweede instantie wordt 10% van de som van 13.000 (25.500 – 12.500) in aanmerking genomen, d.w.z. € 1300. In totaal zal er € 1678 worden ingehouden op zijn jaarlijks leefloon (ongeacht zijn categorie), d.w.z. € 139,83 per maand.

Let op! “Er wordt rekening gehouden met het kapitaal zolang het er werkelijk is”32, d.w.z. wanneer het OCMW je dossier opnieuw bekijkt (minstens één keer per jaar), moet het nagaan of je nog over dezelfde spaargelden beschikt. Je kunt ook een herziening aanvragen als het bedrag ervan veranderd is.

De besteding van het spaargeld is niet onderworpen aan regels, zoals hoeveel per maand of per jaar en voor welk doel. Het OCMW kan evenwel van mening zijn dat je jezelf inkomsten ontzegd hebt wanneer je spaargeld uitgegeven hebt zonder te kunnen bewijzen dat dat noodzakelijk was. Maar er zijn geen objectief bepaalde criteria om deze beoordeling te kunnen maken.

• Wat het equivalent leefloon betreft, heeft het OCMW de mogelijkheid om de hierboven beschreven regels toe te passen. Het is echter geen verplichting.
• Wat betreft de sociale bijstand s.z., al dan niet ter aanvulling van het leefloon(steun voor medische kosten, bijdrage in de energie- of huisvestingskosten, enz.), zijn de hierboven beschreven regels niet van toepassing. Als je spaargeld hebt, zullen sommige OCMW’s steun weigeren tot het opgebruikt is.

Let op! Als een OCMW je het leefloon, equivalent leefloon of aanvullende bijstand heeft geweigerd omdat je spaargeld hebt, kun je deze beslissing altijd aanvechten bij de arbeidsrechtbank. – zie rubrieken “Beroep” en “Juridische hulp”.

De methodes die de OCMW’s gebruiken om het LL te berekenen, zijn soms erg ingewikkeld en onduidelijk. Het OCMW is verplicht om je schriftelijke toelichting te geven bij de manier waarop de betaalde bedragen worden berekend. Aarzel niet om je maatschappelijk werker van het OCMW en/of een externe sociale/juridische dienst om meer informatie te vragen. Zie fiche contactgegevens.